trauma in Jip en Janneketaal
Wat gebeurt er tijdens een traumatische ervaring in ons hoofd en lijf?
Een beetje een technisch verhaal. Ik hoop het simpel uit te leggen.
Wanneer je een traumatische ervaring meemaakt kies je niet vrijwillig voor een bepaalde reactie. Deze beslissing word gemaakt door de amygdala, ook wel ons zoogdierenbrein genoemd, en de hersenstam. Een gedeelte van onze hersenen waar wij compleet geen invloed op hebben. Ook wel ons reptielenbrein genoemd.
Zij vergelijkt elke binnengekomen prikkel met eerdere herinneringen die opgeslagen zijn ergens anders in de hersenen. Als er fijne herinneringen aan de prikkel zijn, krijgen we een fijn en warmgevoel en gebeurt er niet zo veel.
Echter als er een pijnprikkel word geregistreerd door de hersenen, wordt je emotionele brein en je rationele brein een stuk minder actief, soms zelfs uitgeschakeld. Zo ga je reageren vanuit je instinct. We noemen dat ook wel het offline gaan van het mensenbrein. Ergens op mijn insta of facebook staat een kort filmpje over hoe het in het brein eruit ziet. van Erik Scherder.
Je kan niet meer zo helder denken. De mogelijkheid om helder na te denken of dit wel of niet levensbedreigend is, is er op zo’n moment eigenlijk niet.
Onderzoek heeft aangetoond dat bij mensen met langdurig trauma, hun hersenen anders ontwikkelen, dan bij mensen die niet langdurig blootgesteld zijn aan trauma.
Het boek traumasporen van Bessel van der Kolk gaat hierover. Een aanrader!
Door het instinct dat in werking treed wordt er in een bedreigende situatie o.a cortisol en adrenaline aangemaakt. Beide zijn stresshormonen. Die zorgen dat de spieren in opperste staat van paraatheid worden gebracht. Je ademhaling gaat omhoog. Je hartslag gaat omhoog. Klaar om te gaan vechten of vluchten. Al deze spanning te gebruiken om je zelf in veiligheid te brengen.
Wanneer de hersenen registreren dat vechten of vluchten geen zin heeft, komt het lijf in een soort ‘bevriezingsstand’.
Je verstart, verstrakt en laat het ogenschijnlijk zomaar gebeuren. Dit is absoluut geen bewuste keuze. Als het gevaar geweken is kom je uit de verstarring. Uit de ‘bevriezingsstand’.
Dan nemen je andere hersendelen: het emotionele brein en het rationele brein het over. Je gaat de gebeurtenis analyseren. En je bent geschokt, dat je het ‘zomaar’ hebt laten gebeuren. Je word boos en voelt je machteloos dat het is gebeurd. Je jezelf niet hebt verdedigd, terwijl je er zelf geen enkele invloed op uitoefent.
Vaak na een heftige gebeurtenis begin je te trillen en te shaken, je gaat huilen. Je moet vaak naar het toilet, ga je zweten en zo meer van zulke lichamelijke sensaties.
Als mensen vinden wij daar wat van. Wie gaat er nu zitten huilen, trillen, shaken, veel plassen, zweten. Uit alle macht gaan we dat onderdrukken, dat is niet wat we willen.
Zo blijft de spanning van een gebeurtenis in je lijf zitten.
Om hier vanaf te komen, zul je terug moeten naar die pijnlijke herinnering. Niet om elk detail boven water te krijgen. Dat is niet nodig en in sommige gevallen helemaal niet wenselijk. Dan gaat je brein namelijk zelf de gaten invullen.
In je eigen tempo, op een plek waar je jezelf veilig voelt kan je de spanning in je lijf gaan ervaren.
Steeds een stapje dichterbij komen. En de spanning die bij deze herinnering hoort stapje voor stapje af te voeren. Mag je samen met mij bij de sensaties in je lichaam blijven. Uithouden, niet fixen.




